ONZE  goudvissenkom is veel te klein. Onze kom bevat  maar enkele liters water, grote viskommen bevatten in het beste geval 10 tot 15 liter water. Dat is veel te weinig voor ONS goudvissen, die minstens 250 liter nodig hebben! De kleine hoeveelheid water in onze viskom dreigt niet alleen snel te vervuilen, maar kan ook snel te warm worden.
Een ander nadeel van onze viskom is dat door de komvorm het wateropppervlak dat direct met de lucht in contact komt, veel te klein is. Daardoor hebben we een  voortdurende dreiging dat het zuurstofgehalte van ons water te laag wordt.
Deze viskom biedt ONS goudvissen ook geen interessant en afwisselend leefmilieu, waarin WE ons  kunnen oriënteren, verschuilen, afstand tot elkaar kunnen houden en naar voedsel kunnen zoeken. Deze kom biedt ONS vis ook nauwelijks bewegingsruimte. WIJ  goudvissen zijn er op gebouwd om flink te kunnen zwemmen! In een kom kunnen WE alleen maar kleine rondjes draaien.
Dat eeuwige bumperkleven zijn we zat!

Deze goudvissenkom is naar ons oordeel  volstrekt ongeschikt om ONS vissen in te houden. De bioloog en hoofd van het Wilhelma Aquarium te Stuttgart, Dr. Dieter Jauch, schrijft in zijn boek over de verzorging van goudvissen, Goudvissen in Aquarium en Tuinvijver (Tirion Baarn), dat wie ”goudvissen in dit soort ’gevangenissen’ opsluit, dierenmishandeling begaat”.

Buurman en buurman